Yponomeuta cagnagella
De laatste kardinaalsmutsrupsen van de kardinaalsmutsstippelmot, Yponomeuta cagnagellus, zijn in juni hun sappige huis ontgroeid en ‘uitgevlogen’.
Ze hebben zich vanaf het voorjaar, van mei tot juni, flink tegoed gedaan aan het blad van de kardinaalsmuts en leefden in nesten van gesponnen draden die een hele struik kunnen bedekken. Spookachtige kunst, zo’n ingepakte struik. Maar het viel me dit jaar heel erg mee. Genoeg groen over. En geen nood, de kardinaalsmuts groeit wel weer bij, is ook mijn ervaring. Het spinselweb biedt een natuurlijke bescherming tegen vijanden, zoals vogels. Dat lukt nooit helemaal, maar ‘mijn’ rupsen zaten op een diepe, veilige plek. Toen was het tijd om te vertrekken. En het was boeiend om te zien hoe ze dat deden…
Vanuit hun ingesponnen blad, waar ze met groepjes in leefden, sponnen ze een lange dikke draad naar de grond en daalden af. ↺
Af en toe waaide zo’n draad in mijn haren omdat ze er, met hun grote aantal, wel een paar dagen over deden om uit te trekken en ik dat heel even vergat als ik juist in dat deel van de tuin moest zijn. Maar de rupsen hielden zich stevig vast. Eenmaal beneden, sponnen ze zich laag bij de grond in een cocon, waar de verpopping zou plaatsvinden. Ik zag dat, toen ze op de grond beland waren, dat ze zich onderaan de stengel van de perzikklokjes insponnen. Van pop naar vlinder duurt zo’n 10 à 20 dagen. In die periode neemt de pop geen voedsel tot zich. Alles lijkt in rust, maar binnenin worden de larvale organen afgebroken en weer opgebouwd tot de organen die de mot straks nodig heeft.
Het spinsel van de poppen is nogal taai om wat bescherming tegen natuurlijke vijanden te hebben. Net zoals de rupsen zitten de poppen ook dicht bij elkaar. Toch gaan ze na het verpoppen hun eigen weg. Maar eerst wordt er nog gepaard. Via een geurstof lokken de vrouwtjes hun paarpartner naar zich toe. De eitjes worden afgezet en de jonge rupsen overwinteren in de kardinaalsmuts.
En toen begon het wachten op de Kardinaalsmutsstippelmotten zelf. Rupsje nooit genoeg had dit blog beter kunnen heten (en die titel slaat uiteraard op mij). Een paar keer per dag, zover het toeliet, kijken. En hopen dat ze niet uitvlogen zonder mij.
En dan opeens… Klik op een foto om te vergroten en klik dan door voor de volgende foto
Nooit gedacht dat ik nog eens zo blij zou zijn met een stippelmotje. We hebben samen toch al heel wat spannende fases doorlopen, haha.
Ze zijn zo klein dat ze gemakkelijk aan je oog kunnen ontsnappen. Maar zie je er een, dan zie je er meer. Dat worden weer heel wat rupsjes in de kardinaalsmuts.


Yponomeuta cagnagella – Kardinaalsmutsstippelmot – Spindle ermine – Grand hyponomeute du fusain – Pfaffenhütchen-Gespinstmotte – Benvedsspinnmal
Met dank voor het kijken
© Dianne Soli, Blomsterphoto