Een wereld onder blad

(4 foto’s)
Er is nog een wereld te vinden in de tuin onder het herfstblad dat de wind aan de randen verzameld heeft. Niet alleen de wintermuggen, maar ook andere insecten, zoals onder andere kevers, larven van de sluipwespen of rupsen van dag-en nachtvlinders gebruiken het blad om te overwinteren. Misschien worden ze voedsel voor de scharrelende vogels, misschien kruipen ze dieper weg in een schuilplaats. Er zijn steeds minder insecten en alle kleine beetjes helpen: de tuin hoeft niet keurig ‘winterklaar’ te zijn. Je ziet dan ook zoveel meer.
Ik laat het blad zoveel mogelijk met rust en straks zal het prachtige bladaarde zijn om de aarde in de tuin te verrijken zónder toevoegingen van het tuincentrum. (Klik voor een grotere en scherpere weergave.)

Lumix en Raynox: Rups Nachtvlinder

☘️

☘️

Het valt goed op, het appelgroen van deze bladwesplarve op het herfstblad. De larve lijkt op een rups, maar heeft onder andere meer onafgebroken buikpoten, de kop is donkerder gekleurd en rond. Bladwesplarven hebben ook een wat geribbeld lijf, de afzonderlijke segmenten zijn soms bijna niet zichtbaar en het uiteinde van het achterlijf is vaak naar beneden gekromd. (Bron: De Vlinderstichting.)

☘️

Van blad op mijn hand kroop deze kleine wegdistelspitsmuis. Hij heeft onder de verschillende distels ook de wegdistel als waardplant, vandaar de naam. Deze foto is van eind oktober, maar ook dit parmantige kevertje, uit de familie Apionidae, zat onder het blad verstopt.

Wegdistelspitsmuis – Ceratapion onopordi

☘️

_

Wintermuggen

Wachten

De wintermuggen beschut onder het herfstblad.
Zo stil is wachten met lange poten, lange vleugels. Transparant.
Hun dans is teer en vederlicht in zon, in rijp en sneeuw,
in licht dat welhaast laat verdwijnen.

De wind begint en draait de bladeren om en om. Geen zon,
de wintermuggen wachten.

☘️

Soli 21-11-2018

Wintermug Trichocera sp. – winter crane flies


Wintermug Trichocera sp.


Wintermug Trichocera sp.

2018 – Macro – Wintermuggen – Trichoceridae – Winter crane flies – Wintermücken – Vintermygg – Vintermyggor – Trihoceride – Pozmrokowate

☘️

_

Koukleumen, schrijfmijmeren en balsemien

Ik ben een koukleum, maar toch vind ik het heerlijk om naar buiten te gaan. Diep weggedoken in mijn jas, met mijn sjaal driedubbel omgeslagen, loop ik een ommetje in mijn halfuur-pauze. De drukte van de ochtend waait even weg. Mijn speciale kinders die ik ondersteun, zijn verschrikkelijk lief, maar naast hun allerleukste eigenheid staat het systeem in hun hoofd ook meestal op druk, soms drukker en na het weekend, of een spannende gebeurtenis, op drukst. Tien minuten is voor hen erg lang, de concentratieboog knapt snel, maar in tien minuten bereiken we heel veel.
Ik heb maar tien minuten nodig om even af te schakelen en op te laden, maar ik loop in een kwartier heen en terug, terwijl zij buiten klimmen, rennen en andere spellen doen.
Omdat ik ook gesprekken voer, leer ik hun leefwereld goed kennen. Ik vertel zelf ook. Straks zal ik vertellen dat ik een lezende Pinokkio in een ezelwagen heb gezien, naast een peuterhoge paddenstoel en dito molen. Misschien kennen ze die tuinbeelden wel. Veel kinderen wonen in de buurt. Verderop staat een plastic globe op een betonnen sokkel zonder Atlas. Het gat waar de houder zat, wijst recht omhoog, het oceaanblauw op de globe in schril contrast met het oranje herfstblad. Ik moet lachen in mijn driedubbel gevouwen sjaal.
De wereld ligt hier, in deze straat en die straat komt uit op akkerland. Dat grenst weer aan een ander land dat ik in de verte kan zien. Zo klein is de wereld, net zoals in de klas.

Balsemien

Hier en daar bloeien nog bloemen. Sommige helemaal uit de Himalaya. Ze hebben het koud, de kleuren zijn donkerder, dieper, ze vallen bijna uit en dan zullen ze een winter lang verdwijnen. Maar het zaad ligt onder een dik bladerdek te wachten.
De wind trekt aan en de koffie lonkt. Ik doe het licht aan in de klas en als de pauze echt voorbij is, ga ik ze halen, een voor een en groepje voor groepje. Ze hebben rode neuzen die allemaal de goede kant op staan, voor tien minuten.

☘️

_

Berijpt

Ik ben geen landschapsfotograaf, heb ik gemerkt. Wat ik zie is mooier voor mijn ogen en komt niet zo terecht in een kader. De macro daarentegen valt vaker niet tegen. Ik word wel, tot mijn grote verrassing, steeds beter in portretfotografie, ook met de macrolens die zich daar prachtig voor laat lenen. De serie foto’s die ik afgelopen week van mijn dochter en mijn kleindochter maakte, zijn geweldig, al zeg ik het zelf. Maar ik laat ze niet zien :-) En dan straks… Half februari wordt mijn kleinzoon verwacht. Ik kan mijn hart nog meer gaan ophalen.
Voorlopig begraaf ik mijn neus in het gras. Zoals gisterenochtend toen alles prachtig berijpt was.

Klik om te vergroten; sommige foto’s zijn duidelijker op ware grootte.

☘️

_

Delicaat (12)

Wintertijd.
Een wankel evenwicht: meer koude nachten, het begin van vorst en nog zonnige dagen. Er vliegt nog wat, er bloeit nog wat, maar de herfst heeft zijn greep al verstevigd. Blad valt voor het kleuren kan, een groene kikker heeft zijn winterslaap niet gehaald en het ijs van de nacht ligt getekend op het water van de drinkschaal.

Robertskruid wringt zich boven het herfstblad uit.
(Foto Robertskruid: Lumix & Raynox)

☘️

 Veel appels zijn al van de kleine boom gevallen, maar schijnpapaver maakt moedig nieuwe knoppen voor de najaarsbloei.

☘️


 De kou van de nacht vormt bolle druppels op het blad van de Oost-Indische kers en een tere perzikluis warmt zich op in late zon.
 (Foto’s druppels en bladluis: Lumix & Raynox)

☘️

Terwijl de kamperfoelie fel tegen een strakblauwe lucht afsteekt …

☘️

vind ik ijs dat tussen mijn vingers breekt.

☘️

Tussen de tegels groeien kwetsbare zwammetjes met magie. Wie niet in sprookjes gelooft, weet niet wat hij in de schaduw ziet.
Ik zie, ik zie… en wat zie jij?

☘️


 Donkerrode Herbstfreude en vervaald half-vergaan herfstblad. De tegenstellingen in de tuin verstrengelen zich en wachten
 zonder onderscheid op een koude, bleke aarde in winterslaap.

☘️


 De zaden zijn verspreid en zaden zijn geraapt. De laatste stokroos zal (toch nog veel te vroeg) opgerold verdwijnen.

☘️

_

De herfst vangen

Door de harde wind is het wingerdblad losgeraakt en in al zijn kleurenpracht een dorre verzameling geworden die her en der in de ranken is blijven hangen. Een druppel en wat spinseldraad maakt het herfstbeeld compleet. (Klik voor groter en scherper.)

☘️

_

25 oktober

Terwijl ik op mijn knieën een vliegje probeerde te fotograferen, het was eigenlijk te grijs buiten en kil zonder jas, hoorde ik boven mijn hoofd een hard gezoem. Hoewel de stokroos al veel zaad heeft gemaakt, bloeien nog enkele bloemen en daar kwam deze akkerhommel op af. De zaaddoos als rustmoment. Even. De vlieg was toch al gevlogen.

☘️

_

Lichtvangers

in 7 beelden.

Eindelijk een beetje tijd voor foto’s en dat met een week herfstvakantie achter de rug: mijn moeder heeft nu centrale verwarming, daarvoor moet veel van de plaats en weer op de plaats en mijn kleindochter is een weekje komen logeren. Maar logeren gaat veel te snel voorbij.
Oh ja, ik heb ook nog workshops gegeven. Weer aan het werk, heb ik ineens iets meer tijd, haha.
Nu de dagen en nachten wat kouder worden, blijven de druppels goed hangen in de spinnenwebben. De huiskaardespin, Amaurobius fenestralis, die dicht bij huis zo’n beetje alles in beslag neemt, van bloempot, tot lantaarn, tot groencontainer, heeft mooie, kleine compacte webben die de dauw -en regendruppels groot en stevig vangen. Erg dankbaar om te fotograferen, zeker als af en toe de zon schijnt. Klik je om te vergroten?

Deze kleine fruitvleg, met mooie, rode ogen, is net in het web gevlogen. De spin die voor mij was gevlucht, besluit die angst maar te laten varen.

☘️

☘️

In plaats van de druppels, is ook het licht mooi te fotograferen in een bepareld spinnenweb. Ik denk dat ik deze foto wel aan de muur zou willen.

☘️

In zwart-wit en in kleur met een draai: de camera of ik, dat weet ik niet meer. Het bedruppelde spinnenweb is van een wielwebspin in het veld. De bewoner gaf niet thuis, dus ik durf niet met zekerheid te zeggen welke spin voor dit fraaie bouwsel verantwoordelijk is.

☘️

Het laatste spinnenweb is weer van een huiskaardespin. Ik heb er heel dicht op gezeten omdat ik de kleuren wilde vangen. De stralen van de zon breken het licht van de draden in het web in kleine prismavlakjes en bokeh.

☘️

_

Najaarszon

– 2 foto’s –
De zomer is ten einde, oktober heeft alvast wat verschillende gezichten laten zien, maar er bloeit nog genoeg of is aan een herbloei begonnen, zoals de lavendel. En als dan ook nog de zon schijnt, glanst deze zweefvlieg nog feestelijker. Dit is een snorzweefvlieg, pyjamazweefvlieg, dubbelbandzweefvlieg of cocacolazweefvlieg oftewel Episyrphus balteatus. Ik noem deze soort meestal een pyjamazweefvlieg, maar snorzweefvlieg dekt nog het meest de lading vanwege de snorretjes die je op het achterlijf ziet. Dit is een man: de ogen staan dicht op elkaar.

Snorzweefvlieg – Episyrphus balteatus 10-2018

☘️

Snorzweefvlieg – Episyrphus balteatus 10-2018

☘️

_

Na de regen (4 foto’s)

Myzus persicae (Groene perzikluis) & Lavendula

Deze luis is ongeveer 1,2 tot 2,6 mm lang. Aan het eind van het seizoen worden alleen gevleugelde luizen gevormd (in de zomermaanden kunnen ook gevleugelde luizen voorkomen). Deze luizen vliegen naar de winterwaardplant waarop ze na paring eieren afzetten. Ze leven niet in kolonies.

☘️

Scathophaga stercoraria (drekvlieg of strontvlieg)

De vlieg leeft van nectar en af en toe een een insect. Om het voedsel naar binnen te krijgen, gebruikt hij zijn zuigsnuit. De naam komt voort uit het feit dat de eitjes afgezet worden in mesthopen. De eitjes zijn voorzien van zijvleugeltjes, zodat ze niet meteen in de verse hoop verdwijnen.

☘️

Sierappel Malus ‘Red Sentinel’

Er ligt vaak een kat in de kroon van deze kleine boom te slapen. Na de bloei van de bloesem ontstaan kleine kersachtige appeltjes die tot in de winter aan de boom blijven hangen. De appeltjes kun je eten, maar zijn smakeloos. De lijsterachtigen eten ze graag. Ik gebruik ze als decoratie.

☘️

Neomyia sp. (Panasonic lumix & Raynox DCR-250)

Dit is een Neomyia uit de familie echte vliegen. Welke volledige benaming hij heeft, viridescensis of cornicina, is onduidelijk want dat zou je onder andere aan de vleugeladering moeten zien. Die is onzichtbaar op deze foto. En alsof het nog niet nat genoeg is, komt er nog een druppel bij…

☘️

_

Ruigtelieveheersbeestje

3-6 mm. Het ruigtelieveheersbeestje (Hippodamia variegata) is een vrij klein en langwerpig lieveheersbeestje dat gemakkelijk te herkennen is aan de karakteristieke witte tekening op het zwarte halsschild: zowel de zijranden als de voorrand zijn wit met een witte middenstreep die tot halverwege loopt. Aan weerszijden van deze middenstreep staat in de zwarte vlek een witte vlek die soms ook verbonden is met de voorrand. Op de achterste helft van elk dekschild staan drie grote stippen en op de voorste helft staan naast de schildstip nog één tot drie kleine stippen.

Je kunt ze in kruidenvegetaties en struweel vinden, zowel in natuurgebieden als in stedelijk gebied (bijv. braakliggende terreinen). Heeft een voorkeur voor kruidenvegetaties die afgewisseld worden met open zandige plekken.
De meeste waarnemingen komen uit juni tot oktober met een piek in augustus.
Overwintering – Tussen bladafval en op lage planten.
Voedsel – Bladluizen.

Bron: waarneming.nl

☘️

_

Herbstfreude

De hemelsleutel, sedum Herbstfreude komt nu in bloei. Zet deze plant in je tuin als je hem nog niet hebt, want in het het najaar hebben de verschillende insecten de nectar nog nodig. Ook kunnen ze er goed in schuilen. Heel veel bloemen zijn nu aan het uitbloeien, maar de sedum Herbstfreude begint met de bloei van de late zomer tot ver in oktober.

Dit is de Menuetzweefvlieg – Syritta pipiens. Deze soort is niet moeilijk op naam te brengen. De menuetzweefvlieg is een klein, slank zweefvliegje dat als een ‘stokje’ voor bloemen en tussen de vegetatie kan zweven, waarbij ze schokkerig voortbewegen. Achterlijf zwart met wittige vlekken. Achterdij zeer dik. Tekst: waarneming.nl
In het Zweeds heten deze diertjes Kompostblomfluga en dat dekt de naam wel want de larve leeft van afval op allerlei plekken, zoals bij de bodem en in composthopen.

Deze plant trekt ook honingbijen aan. Ik heb er van de week nog 6 geteld op een dag. Dit is de gewone honingbij, Apis mellifera.

Hieronder nog een vrouw dambordvlieg en daar is ook nog wat over te vertellen.

Met de soortnaam dambordvlieg zit ik goed. Ik zou deze vlieg in volle overtuiging aanduiden met Sarcophaga carnaria, maar het geslacht Sarcophaga bestaat in Nederland en België uit niet minder dan 30 soorten, die allemaal zo sterk op elkaar lijken, dat alleen microscopisch onderzoek uitkomst geeft over de exacte soort. Als voorbeeld van dit geslacht wordt in de insectengidsen vaak Sarcophaga carnaria opgevoerd. Maar dat betekent niet dat elke dambordvlieg dus ook die soort is.*
Kijk, dat wist ik helemaal niet.

* De informatie en tekst komt van Gardensafari

Bij deze sedumsoort kan ik gewoon een stoel neerzetten, gaan zitten met de camera op mijn knieën en kijken en wachten op wat er allemaal aan komt vliegen en kruipen. Een blinde bij, een gewone muurwesp, een woeste sluipvlieg, een kraamwebspin, een akkerhommel en de regen. ↓

☘️

_

Woeste sluipvlieg

In 3 foto’s.

‘Eén van de algemeenste sluipvliegsoorten in de Benelux is de woeste sluipvlieg. Maar het is een problematische soort, want er zijn er twee. Ze lijken op elkaar als twee druppels water. Lange tijd is gedacht dat je ze uit elkaar kon houden door te kijken naar de zwarte streep over het achterlijf. Bij Tachina magnicornis zou die streep breder zijn dan bij Tachina fera. Maar door de genitaliën te bestuderen heeft men vastgesteld dat dat lang niet altijd op gaat. Ook is de kleur van de pootjes bij beide soorten soms variabel. Wel zit er verschil in de antennes, maar dat valt op foto’s zelden te zien. Zonder genitaalonderzoek zul je het dus altijd moeten houden op Tachina fera of Tachina magnicornis. En ben je in Zuidelijk Europa, dan komen daar nog andere sterk gelijkende soorten bij! Overigens is Tachina magnicornis in West Europa veel zeldzamer dan Tachina fera. De laatste parasiteert op enkele grotere uilen, zoals de hyena. De ontwikkeling gaat razend snel: 10 dagen nadat het ei is gelegd kan er al een nieuwe vlieg verschijnen!’
– Tekst: Gardensafari

‘De vlieg wordt ongeveer 9 tot 16 millimeter lang, en is te herkennen aan het geeloranje achterlijf met in het midden een brede, zwarte streep. De achterlijfspunt is lichter en tegen het borststuk is een dunnere zwarte rand aanwezig. Voor het borststuk zit een opvallend, oranjerood en glanzend ‘bultje’ dat postscutellum heet. De achterzijde van de kop is fijn behaard, de ogen zijn rood van kleur. Het borststuk is grijsbruin en over het hele lichaam zit een niet erg dichte maar wel lange, zwarte en borstelige beharing, een kenmerk van veel sluipvliegen. Aan de wilde beharing heeft deze soort zijn naam te danken.’
– Tekst: Wikipedia.

‘Sluipvliegen leggen hun eitjes in of bij de larven van andere insecten. De sluipvlieglarve eet vervolgens de andere larve op. Er zijn heel veel sluipvliegsoorten (alleen al in de Benelux meer dan driehonderd!) en en elke soort is op bepaalde insectensoorten gespecialiseerd.’
Tekst: Gardensafari.

☘️

_

Dauwvliegen

Kijken of het werkt: drie vliegen in dauw en omzetten naar zwart-wit. Wat is mooier, ik weet het niet. Daarom zijn de kleurenversies ook ingevoegd, om te vergelijken. Apart is het wel, al die dauwdruppels, maar natte vliegen op naam brengen is een beetje veel gevraagd. Daarom heten ze hier ‘Dauwvliegen’. Dat dekt die lading druppels wel. Onnodig te vermelden dat je ze kunt vergroten.

in zompig gras en mat-grijs licht, wacht het botte maaien
laaien bessen in de struiken, haasten stappen op het pad
sluipen, wieken, ruisen – het park schemert wit in dauw
terwijl vleugels wachten op een lauwe wind
blaast de lucht zich hemelsblauw

soli 2018

☘️

_

Sprinkhaanvlieg

Gek genoeg bedacht ik mij gisterenochtend dat ik dit jaar nog geen sprinkhaanvlieg (Stomorhina lunata) had gezien terwijl het toch een algemeen voorkomend (brom) vliegje is. Maar goed, ik stond er verder niet bij stil. Meestal fotografeer ik wat me voor de voeten komt.
En toen, en toen, en toen… was hij daar gewoon.

En ging hij ook nog bellenblazen.

De larven van de soort leven in eipakketten van treksprinkhanen. De vlieg is net geen centimeter groot, heeft een uitstekende snuit en horizontale banden op de ogen. Mannetjes hebben op hun achterlijf een gele tekening.

Dit is een mannetje. Voor een vrouwtje klik je hier.

Het mannetje wordt nog al eens aangezien voor een zweefvlieg (geel-oranje banden op zijn achterlijf). De sprinkhaanvlieg wordt ook wel vaker voor een snuitvlieg gehouden, juist vanwege het uitstekende snuitje. Maar let maar eens op zijn prachtige ogen.

Wat een geweldig mooi toeval is dit, ’s ochtends denken, ’s middags zien. Met een bel als voltreffer.

De foto’s zijn te vergroten, click to enlarge…

☘️

_

Blauwtjes

In 7 foto’s.

Op zoek naar blauwtjes, kwam ik het icarusblauwtje, de kleine vuurvlinder en het boomblauwtje tegen. En nog een heleboel andere insecten. Maar in dit blog blijf ik graag bij de blauwtjes. Toen ik ze zag, ben ik er niet achter aan gaan lopen, maar in het gras gaan zitten tussen de distels en het knoopkruid. De ervaring leert dat alles vanzelf komt. En het kwam, gehavend en wel…

  • Klik om te vergroten. Click to enlarge
  • .

    Polyommatus icarus – Icarusblauwtje – Common blue – Hauhechel-Bläuling – Argus bleu – Almindelig blåfugl – Puktörneblåvinge – Modraszek ikar – Módračk

    Lycaena phlaeas – Kleine vuurvlinder – Small copper – Kleiner Feuerfalter – Cuivré commun – Lille ildfugl – Mindre guldvinge – Czerwończyk żarek – Copor bach

    Celastrina argiolus – Boomblauwtje – Holly blue – Faulbaum-Bläuling – Azuré des nerpruns – Vårblåvinge – Tosteblåvinge – Modraszek wieszczek – ルリシジミ

    ☘️

    _

    Breedbandgroefbij

    In 9 foto’s.  Op zoek naar blauwtjes, die ik ook vond, heb ik ontzettend veel plezier beleefd aan de breedbandgroefbijen in dit zonnige weekend 🐝
    De Breedbandgroefbij, Halictus scabiosae, is een grote groefbij (12-14 mm) die haar nest in lemige grond graaft. Een goede biotoop is schraal grasland en de bloemrijke uiterwaarden. Deze bijen vliegen op verschillende bloemen.
    Hier, in Zuid-Limburg, komt de breedbandgroefbij voor, ook in de tuin, maar in principe zeldzaam in Nederland. De laatste jaren rukt deze bij via het Maas- en Waaldal op naar het noorden. We moeten nog meer gaan letten op ons maaibeleid en laat die stekelige distels maar gewoon staan.

    Klik om te vergroten (galerij).

    .

    Naast het groepje mannelijke exemplaren, vloog een vrouw breedbandgroefbij. De mannetjes zien er veel slanker uit dan de vrouwtjes, maar hebben ook de kenmerkende brede banden op hun achterlijf. De antennes van de mannetjes zijn zwart en aan het uiteinde gekromd.


    Bronnen:

  • Halictus
  • Wilde bijen – Halictus scabiosae
  • waarneming.nl


  • ☘️

    _